Touch Down Under
Three Times Craptain's Log

naar beneden naar laatst geplaatste blog

 

Dinsdag 15 februari 2011 - De eerste ontdekking

Nog vier dagen tot vertrek. De ontdekkingsreis kan beginnen. Is begonnen! Vandaag de eerste ontdekking: mijn auto moet voor 20 maart een APK krijgen. Praktisch gezien betekent dat dat deze Craptain nog drie dagen heeft om dat (zelf) te regelen...

Woensdag 16 februari 2011 - Laatste wasje

Aan het einde van de werkdag mijn trouwe vierwieler naar een garage gebracht. Hij wordt morgen gekeurd. De scheur in een van mijn ramen is geen probleem. Een deel van de op meerdere plaatsen aanwezige plakband die mogelijk de indruk kan wekken dat het racemonster van ellende aan elkaar zou hangen verwijderd. De laatste wasjes gedraaid. Te laat naar bed.

Donderdag 17 februari 2011 - Afgekeurd!

Not Once, not Twice, but Three Times Crap; mijn lieve trouwe Nissan Micra is ernstig ziek verklaard! Een draagbalk zou doorgeroest zijn, en er was een en ander mis met het remsysteem. En dat terwijl ze een half jaar geleden zelf nog remschijven en remblokken vervangen hebben (zodat hij weer jaren mee zou gaan). Dat stuk tussen () heb ik er misschien zelf bij verzonnen.
Ik ga voor een second opinion, en heb vriend Ben bereid gevonden goed voor haar te zorgen tot 20 maart. Tot na mijn reis verzorgt hij ook al Mispoes. Mistersippi (aanloopkat uit de buurt) zal zolang weer thuis moeten gaan wonen.

Vrijdag 18 februari 2011 - Count down

Mijn rode vierwielertje opgehaald. Een monteur heeft me een en ander laten zien. Ik weet nu hoe het einde van Latijn eruit ziet.
Op zoek naar informatie over hoe ik bij mijn hotel in Taipei kan komen vond ik dit op de website van het hotel:
"The Location of Relite Hotel in Taipei is such that communication is not a matter of great concern." :-/
Fantastisch hoe een stelling zichzelf zo kan ontkrachten. Jammer alleen dat een (potentiële) gast er weinig mee op schiet. Geen idee wat ze er mee bedoelen.

Zaterdag 19 februari 2011 - Pissed

We schrijven 13u. Klaar om te boarden. Miss Poes uitgezwaaid. Micra uitgezwaaid voor de laatste keer. Bagage werd eerst doorgestuurd naar Sydney. Op tijd voorkomen. Trui voor het koude Taipei weggegooid toen ik ontdekte dat de stank op Schiphol van mij kwam. Heeft die zwartwitte terrorpistkat uit de buurt overheen gepist. Beest pleegt in mijn hele huis pisaanslagen. Heb nooit lichter dan dit keer gereisd. Tas woog 11.6kg. Mis ik iets?
Trots. Deze log is geplaatst met mijn eyefoon.

Zondag 20 februari 2011 - Waar blijft de tijd?

Geland op Bangkok. Het voelt bijna (weer) thuis. Heb zojuist 6 uur leven laten verdwijnen. Zit op Transit gate computer. Het is hier al 7:30u, in Nederland pas 1:30u. Waar blijft die tijd?

Zondag 20 februari 2011: 16u Taipei tijd - Touch down in Taiwan

Touch down in Taiwan. Weer door een uur ingehaald. Op het vliegveld voor de tweede keer aan het begin van een reis mijn pinpas in een automaat laten zitten... Dit na het pinnen van 500 Euro aan Taiwanese Dollars, voor twee dagen. Wilde 50... Zal de vermoeidheid allemaal wel zijn. Dit keer pas niet kwijt dankzij een oplettende Taiwanees.
Hotel gevonden. Is lastig in 1 groot Chinatown. Voelt een beetje als Bangkok met als verschil dat ik nu niks kan lezen.
Indrukwekkend wel. Veel beton. Veel mensen. Overal wordt gebouwd en het lijkt 1 grote chaos. Veel eten ook. Kortom Azie.
Het weer is niet erg uitnodigend, het miezert, dus eerst maar een welverdiend tukkie doen.

Maandag 21 februari 2011, 17:15u - Blind date

Craptain 3x0 heeft na 1 dag al een date. Voor vanavond. Een blind date wel, dus het is nog maar afwachten of het schrikken wordt of niet, maar toch. En het wordt nu toch donker.
Heb gisteren ontdekt dat ze hier met mijn uitvinding aan de haal zijn gegaan; een afvoerputje in de badkamervloer. Nooit begrepen waarom ze dat in Nederland niet verzonnen krijgen. Staan we daar met z'n allen dom te dweilen.
Verder een klein stuk Taipei ontdekt en dat tweeeneenhalve dag veel te kort is. Alleen al omdat je dan niet alles kan eten wat ze hier verkopen. Daar is mijn buik nog te klein voor. Maar daar wordt aan gewerkt.

Dinsdag 22 februari 2011, 11:00u - Taipei 101

Hoe hoog exact ik NU zit weet ik even niet, maar daar er maar weinig hogers ter wereld is gebouwd kan het hooguit maar een paar meter hoger. Taipei 101 is cool. Daar mee vergeleken zijn die gebouwtjes waar ik me in NL mee bezig hou maar miniatuur. Net als die metrolijnen. Die passen tien keer in die tunnels hier.

Dinsdag 22 februari 2011, 23:15u - Damper baby

Wat heb ik toch mazzel dat ik dit allemaal kan zien en doen. Mijn date was tof en ze heeft me flink wat crap in Taipei laten zien wat ik anders moeilijk zelf ontdekt zou hebben. En uiteraard veel eten.
Zit nu op vliegveld. Op mijn vlucht zit ook een Search & Rescue team uit Taiwan dat naar Christchurch gaat. Daar hoor of lees je dan weer niks over op het en else nieuws. Ben overigens wel benieuwd wie dat zitplaatsen kost. Voor zover ik weet zit ik op 19A. Dit keer board ik niet als laatste...

Woensdag 23 februari 2011 - Touch Down Under

Iets van 12 uur later en 3 uur armer de eerste Touch Down Under. Ik ben moe. Erg moe.

Donderdag 24 februari, 11:30u - Terrorpistkat strikes again

Terrorpistkat strikes again. In 1 van mijn 2 korte broeken. Kutbeest. Terrorpistkat is overigens niet Mistersippi. Mr. Sippi is cool.
Gisteren Botanical Gardens gedaan, erg cool. Vandaag met een duitse schone naar Manly. Vanavond Iron Maiden!

Vrijdag 25 februari 2011, 13u - Maiden ruled

Iron Maiden concert was fantastisch. The Final Frontier, El Dorado, The Talisman, Coming Home, Where The Wild Wind Blows; vijf nieuwe nummers live gehoord. Top.
Overdag met Jannie de negentienjarige Duitse een vijf uur durende wandeling naar Manly gemaakt. Een "scenic walkway". Doe ik toch goed op mijn leeftijd; zo'n wandeling, en het regelen van zo'n gezelschap. Er mag jaloers geworden worden.
In Manly "Fish & Chips" gegeten. Geen idee waarom men het Fish & Chips noemt als het gewoon Lekkerbek & Friet is. Ook heb ik geen idee waarom zo veel mensen daar zo gek op zijn. Niks bijzonders wat mij betreft. Wat wel bijzonder was was het ijsje met After Eight "mint" smaak. En de terugtocht van Manly naar de haven. Geeft mooie plaatjes. Daarna snel douchen, overhemd strijken, pak aantrekken en naar The Sydney Entertainment Centre voor Iron Maiden. Had ik al gezegd dat dat Fantastisch was? Daar kan geen jaar lang gratis Fish of Chips of Fish en Chips tegenop.

Zaterdag 26 februari 2011, 12:30u - Peer Gynt

Donderdagavond Iron Maiden, vrijdagavond Peer Gynt (Grieg) in The Sydney Opera House. Erg erg goed ook. Was schijnbaar nog een bijzondere voorstelling ook, met de huisdirigent aan het hoofd. Die ik overigens als een van de weinigen in de ogen kon kijken, want ik zat achter het orkest en koor. Wat mij betreft een prima plek. Het had ook niet veel primader moeten worden, want die kaartjes zijn niet goedkoop. De goedkoopsten waren 35 dollar, maar dan zat je in de toiletten meen ik, achter een pot, met de deksel omhoog, ondoorgetrokken. Ik mocht uiteindelijk 80 dollar neerleggen. Maar het was het waard. Geloof het of niet, ik kende bepaalde tunes ook nog; The Hall Of The Mountain King bijvoorbeeld. Het had zo een Iron Maiden nummer kunnen zijn.
Overdag nog een Maidenfan uit Singapore ontmoet. Die ging naar concerten in Australie, Maleisie, Indonesie meen ik en nog wat plekken. Ook nog een Duits koppel ontmoet dat ook voor de concerten hier was. Ben benieuwd of er ook gekken als wij zijn die Peer Gynt achterna gaan.
Overigens was ik gisteren waarschijnlijk in heel Australie op TV. De voorstelling was zo speciaal dat het live uitgezonden werd. En ik zat achter het koor met mijn Iron Maiden special Australia T-shirt! Eat that! Nee, ik heb dat shirt wel maar ik zat in een gestreken overhemd. Morgen mag het shirt weer aan, want het tweede concert. Vandaag naar Darling Harbour denk ik, en vervoer regelen om over een paar dagen deze hel te kunnen verlaten. Want wat moet je in Sydney zonder Maiden of Peerke?

Zondag 27 februari 2011, 23:59u - DH KC IM

Het plan was Darling Harbour en The Rocks, maar zoals het hier tot nu toe steeds weer gaat ben ik niet verder gekomen dan het eerste. Het voordeel daarvan is dat er nog genoeg over blijft in Sydney om een andere keer te ontdekken. 's Avonds "op stap" gegaan met een vriendin van Marianne en een vriendin van haar. Rare zin maar hij klopt. Die zijn toevallig ook net in Sydney, en nog toevalliger zaten ze in een loungebar in Kings Cross waar ik nu net bivakkeer. Meer dan bivakkeren is het wat mij betreft niet, en dit schijnt dan het beste hostel van Sydney te zijn. Al loungend hebben we de hoerenparade gadegeslagen die hier iedere zaterdag plaats vindt. Ongelooflijk hoe de locals zich kleden voor het stappen. Tenminste, de locals die in Kings Cross stappen. Ongelooflijk maar wel lekker.
En vandaag, vandaag was het hoogtepunt weer Iron Maiden. In een Olympisch Stadion met 25000 man. Mooie lokatie, het olympisch park. In verschillende stadions verschillende podia. Het was een leuk festival. Wel rare beveiliging. Blikjes bier vlogen je om de oren. Ook heb ik verschillende flessen bacardi zien liggen. Maar mijn twee appels die ik meegenomen had werden bij de ingang ingenomen en weggegooid. Navraag leert dat appels zouden kunnen ontploffen! Hoe ze het verzonnen krijgen? Te veel zon op hun bolletjes denk ik.

Maandag 28 februjarig 2011, 23:59u - Kangaroo

Kangaroo! Prima sociaal verjaardagje gehad. Overdag met twee Zweden over The Harbour Bridge gelopen, The Rocks verkend en in een van de oudste straatjes van Sydney (Australie?) een top lunch met goede wijn genoten. Een van die twee zweden ziet er uit als een Metalhead, met baardje en lang haar en een piratenlapje voor een oog maar verdiende in praktijk zijn geld met klassieke muziek en had niks met Metal. Zo zie je maar weer. Zijn oog was hij kwijtgeraakt tijdens het maken van een bom vier jaar terug. Was een hobby van hem. Zo zie je maar weer.
Na wat biertjes in de goedkoopste pub van Sydney, op een niet eens zo slechte lokatie, en na even terug naar de hostel te zijn geweest om mijn tas te pakken voor morgen, met twee Nederlanders en een van de twee Zweden naar Darling Harbour gegaan voor diner, om 21:30u. Kangaroo! Met Rucola, dat wel. Ik ben er niet trots op of iets dergelijks, maar het was wel erg lekker. Ik dacht het beter nu te kunnen proberen daar de kans groot is dat ik na het zien van wilde Skippies zo hypokriet ben ze te skippen op de menukaart, wat op zich wel weer goed zou zijn. Nu maar snel naar bed want opa moet morgen om 5:30u op om een bus noordwaarts te pakken. Craptain Skippy gaat naar Coffs Harbour alwaar hij vrienden uit NL zal treffen.

Dinsdag 1 Maart(en 35) 2011 - No sleep till Coffs Harbour

Fantastische eerste nacht van mijn nieuwe levensjaar gehad. De kwantiteit slaap zou met krap 5 uur al niet veel worden, maar midden in de nacht ontvangen smsmjes hielpen niet echt mee de kwaliteit te waarborgen. Toch handig dat ik het tijdsverschil met Nederland hier naast heb vermeld :-( Maar goed, eigenlijk kon ik op de een of andere manier sowieso al niet slapen. Nu echter konden mijn kamergenoten er ook van proeven.
Met hooguit een uur slaap en daardoor trillende benen de weg naar de bus gevonden, die stipt om 7 uur wegreed, en net geen 10 uur later aankwam bij Coffs Harbour, waar ik opgewacht werd door Ferdinand en Stephanie; vrienden uit Nederland. Toch grappig, om af te spreken op een plek honderden kilometers verwijderd van de plek waar beide partijen op het moment van afspreken zijn. En dan nog op tijd komen ook. Met de camper van Fer & Stef naar mijn hostel gereden; "de beste keuze in Coffs Harbour". Tering wat een klotekot is dit. Op een kamer van 2.5 x 3 staan 3 stapelbedden, 4 lockers (ik gok dus dat er eerst maar 2 stapelbedden stonden, maar dat men dacht dat ze nog makkelijker geld konden verdienen, wat dus blijkt te kloppen). Geen plek voor je tas, geen haakjes voor kleren, geen handdoeken. Maar wel kakkerlakken, en een ventilator die niet meer "swingt". En dat voor maar 26 dollar per nacht (6x26=156 per kamer per nacht...). Er zou hier in Australie een hostelpolicy of liever hostelpolitie moeten komen. Het valt nog mee dat de plees doorspoelen hier en dat je geen muntjes voor een douche moet kopen. In de douche overigens ook geen haakjes. Hoe krijg je het verzonnen. In de hostel in Sydney vertelde iedereen al dat dat zo'n goede hostel was. Ik vond dat eerlijk gezegd zeer vreemd, want veel bijzonders vond ik het niet, maar nu begrijp ik helemaal waarom! Ben je in Sydney, ga naar Eva's!
's Avonds zaten we relaxt op de camping waar Fer & Stef met hun camper staan, begon het plotsklaps snoeihard te stormen. Niks geen opbouw van rustig windje tot storm. Het was windstil en ineens vloog ons een tent om de oren.
Daarvoor trouwens mijn iPhone laten donderen op een ruwe betonnen vloer. Maanden lang hou ik altijd rekening met dat ding in mijn broekzak. Vooral als mijn broek uit is zoals nu (had zwembroek aan). Een biertje, en ja hoor, kets tets bats boem, alle vier de hoeken. Geen vloerbedekking, geen gras, geen houten vloer zoals thuis, nee, snoeihard ruw beton. Maar hij doet het nog, en dat is het belangrijkste he.
Toen maar met de camper naar "de jetty" gereden waar we een heerlijke dubbele steakburger met cheddar cheese en Byron Bay chilli saus gegeten hebben, alleen dan zonder cheddar en in eerste instantie ook zonder chilli saus. Beetje raar allemaal, maar wel lekker, net als het bier van de maand van 4.5 dollar dat voor 6 dollar op de rekening stond. Toen maar tukken.

Woensdag 2 maart 2011 - Jungle

Niet te geloven, ik heb geslapen als een baby. Wat een tophostel is dit. Neen, ik was gewoon kapot, dat was duidelijk.
Afdrogen na het douchen is hier niet altijd effectief heb ik ontdekt. De beplating tussen de douches begint dusdanig hoog van de grond dat het water van de douchende buurman je zo weer nat heeft...
Het regende vandaag. We wilden eigenlijk een snorkeltocht doen, maar door de storm van de dag ervoor zou er 3x0 te zien zijn. Op mijn verzoek zijn we toen 70km naar Dorrigo National Park gereden, een World Heritage Site, om daar een jungletocht te maken. Ik heb niet iedere dag vervoer op maat he :-)
Hoewel het regende en we onszelf eigenlijk voor gek verklaarden zijn we, wetende dat we het achteraf alleen maar mooi zouden vinden, toch maar gaan lopen. En dat is mooi, want de tocht was gewoon gaaf. Daar staan reusachtige bomen (dikste van de wereld?) maar voor de rest was het ook gewoon jungle baby! Was weer een tijdje geleden. Net als de oude vertrouwde bloedzuigers. Op de eerste controlestop na een kwartier of wat had ik er iets van 17 op 1 voet. Schoen en sok moet ik zeggen. Tijdens de hele tocht van iets van 3 uur heeft er maar 1 van de tig daadwerkelijk kunnen zuigen heb ik het idee. Ik had geen bloedrode sokken (wat ik eerder meegemaakt heb in Thailand) en zag na afloop maar 1 plekje. Waarschijnlijk van de sucker die ik maar niet los kreeg en daarom maar liet zitten. Uiteindelijk als ze vol zitten gaan ze vanzelf van tafel.
\'s Avonds op de camping BBQ best behoorlijk goede kek gemaakt, en twee uberknappe Deutsche Madchen ontmoet met wie we goed gelachen hebben. Der Annika und der Christine. Bleken met hun hippie-camper precies naast Fer & Stef te staan. Heb ik weer, ik lig in een kamer met 4 zwetende vieze behaarde gasten, en Fred staat naast twee schatjes. Door een waarschuwing dat het weer ging stormen ben ik veel te vroeg teruggebracht naar mijn host-hel, en zit ik hier nu zielig alleen deze blog te typen, terwijl ik bij nader inzien veel langer daar had kunnen blijven zitten genieten. So be it.
Ik heb vandaag trouwens de sloop-sessie van gisteren doorgezet. Eerst een of andere autostekker gesloopt. Daarna bleek de iPhone van Fred in de stoelleuning te zitten die ik net omhoog had geklapt (met hulp van Stefanie, dus niet echt mea culpa). Vervolgens vloog in de eerste bocht de la met keukengerei door de camper, en \'s avonds heb ik nog een mes gesloopt tijdens het snijden van een zoete aardappel voor de BBQ. In deze hosthel valt helaas weinig te slopen. Toch ga ik dat nu proberen.

Donderdag 3 maart 2011, 20:59u - Muttonbirds

Voor mijn gevoel had ik best geslapen, maar afgaande op het gevoel in mijn benen zat mijn gevoel er naast. Dat werd een uur of wat later bevestigd op een "catamaran" (twee drijvers en een motor, vandaar de aanhalingstekens) waarmee we naar The Solitary Islands voeren om te snorkelen. Kotsmisselijk werd ik, en dat heb ik steeds als ik slecht geslapen heb of niet goed ontbeten heb. Daar in dit geval beide speelde vond ik het tochtje niet echt een hoogtepunt. Het snorkelen zelf was voor mij ook meer een dieptepunt. Misschien ben ik verwend met waar ik al gesnorkeld heb en wat ik gezien heb, maar deze snorkellokatie was wat mij betreft objectief gezien gewoon geen snorkellokatie. Tijdens snorkelen moet je mijn inziens niet 5 meter naar beneden duiken om echt wat te kunnen zien. Dat heet een duiklokatie. Snorkelen moet ook relaxt zijn, en de metershoge deining en het "gevaar" op de rotsen gekwakt te worden droegen daar niet aan bij. Door wat te duiken heb ik wel een haaitje verscholen zien zitten, maar op wat scholen vis en een paar grote blauwe vissen na was het verder bijzonder oninteressant. Vrij snel zat Craptain Sicky dan ook weer op de boot in een emmertje te kotsen.
Gelukkig lukte het me tijdens de terugtocht me af te sluiten voor het oeverloze irritante gezwets van de booteigenaresse en in slaap te vallen. De uitzonderlijk gedateerde saaie jaren 50 countrymuziek die de hele tocht gedraaid werd kwam in deze niet eens zo slecht van pas. Daar moet ik me ook eens wat singeltjes van aanschaffen.
Hoewel bewolkt ben ik plaatselijk weer eens behoorlijk verbrand, kwam ik later achter.
Die booteigenaresse wist voor vertrek overigens net zo goed als ik wist dat zij wist dat het zicht in het water bovengemiddeld slecht zou zijn. Komt door de regen en wind van de laatste dagen. Maar we gingen omdat de Australiers de laatste jaren uiterst bedreven zijn geraakt in het gemakkelijk geld verdienen. Met dat idee loop ik nu al een weekje rond en werd vandaag bevestigd door een, jawel, Duitse dame die ik 's middags ontmoette in de haven en die hier al een jaartje woonde. Als een Koala hier een drol van bovengemiddelde grootte of in de vorm van zeg de letter K van Koala legt op een iets grotere afstand van de bewoonde wereld dan loopafstand dan organiseren ze er een 3 uur durende tour naar toe, voor 70 dollar p.p. met de mogelijkheid om op de terugweg een duik te nemen in een door Kangaroes volgepiste lokale sloot. Zoiets althans.
Net na vertrek met de "catamaran" zagen we in de haven overigens wel 1 dolfijn. Dat had een teken kunnen zijn dat de haven interessanter is. Daar kwam ik 's middags achter nadat Fred & Stefanie met hun camper weer vertrokken waren op weg naar het mooie Sydney. In de haven heb ik een minstens 2 meter lange Stingray 10 keer op de foto gezet (dat mijn dag weer goed maakte), en ook een koffervis (foto's mislukt), een mooi gekleurde papegaaivis en nog wat grillbare lekkernijen.
Dat was na mijn wandeling naar Muttonbird Island, wat ook de moeite waard was. Grappig die vogels, die holletjes maken om hun eieren in te leggen. Ze deden me wat denken aan mijn hosthel. Toen, na een lift van de Duitse, moederziel alleen in een restaurant Vietnamees gaan eten (ze had wat anders te doen) waarvan ik nu naar de WC moet.
We schrijven twee uur later. Nog geen 21u. Heb een half uur gelopen naar het centrum om WiFi te vinden. Gevonden, maar de straten en het centrum zijn uitgestorven. Restaurants zijn zelfs dicht. Ik had een iced-chocolate willen drinken, maar sta nu buiten voor een gesloten deur. Zeer vreemd. Alsof er een avondklok is. Tabee, de volgende blog zal komen uit Byron Bay.

Vrijdag 4 maart 2011 - First Kangaroo

9:10u iPhone-tijd; de eerste vrij rondspringende kangoeroe gezien, op een grasveldje midden in een dorpje, Yamba geheten (plaatsnamen zijn hier vaak erg grappig), en een paar minuten later nog een paar. Vanuit de bus, dus er zat nog wel glas tussen, maar toch. Het is dat ik toevallig net even mijn ogen opende en een verkeersbord zag dat waarschuwde voor overstekende kangoeroes en dus even op bleef letten. De rest van de iets van 4 uur durende rit maar proberen te slapen. Ik heb namelijk ontdekt (of heb het idee in ieder geval) dat Australie een soort van ui is. In die zin dat de opbouw ook bestaat uit lagen. De buitenste laag is strand. Mooi strand. De tweede laag bestaat uit dorpen vermengd met Bush. De derde laag is Bush. Dan zal er een soort van overgangslaag van Bush naar Outback zijn (nog niet gezien) en dan krijg je een hele dikke laag Outback. Ongeveer in het midden ligt dan vervolgens Alice Springs. Meer een (Alice) Spring Onion dus, een lenteui. En daar de busroute zo'n beetje uitsluitend door de tweede laag rijdt is het uitzicht erg monotoon. Niet per definitie saai of oninteressant, maar monotoon. En dus wat slaapverwekkend.
Zo heb ik bedacht dat ik er wellicht slimmer aan doe een auto of wat te huren en op compas (klinkt stoerder dan wegenkaart) radiaal in plaats van tangentieel te gaan toeren. Vooralsnog tour ik echter tot Brisbane in een Greyhound bus door de tweede laag.
Ik zit nu in Byron Bay, waar je als doorsnee medemens best eens een complex kan oplopen door de enorme hoeveelheid aanwezige body-beautiful. Een en al surfers hier met afgetrainde zongebruinde lichamen en volle haardossen die bij mij alleen nog maar op plekken terug te vinden zijn waar je ze liever niet terug vindt. En de vrouwen, poe, even dachten ik en een Chileen die ik in de bus ontmoet had dat we een busongeluk hadden gehad en in de hemel terecht waren gekomen. Het eerste hostel echter dat we aandeden... Ze zouden ze Ozthells moeten noemen. Beddengoed was vies, de "badkamers" zouden niet misstaan in een Chinese gevangenis en de kamers waren weer buitengewoon crappy. Gelukkig hebben we daarna een flink wat beter onderkomen gevonden voor nagenoeg dezelfde prijs, alwaar we 's avonds even gelachen hebben om het door het hostel georganiseerde Karaoke, waarna ik met een van de Denen die ik ontmoet had in Sydney en hier weer tegenkwam naar de Beach House gegaan ben waar het goed druk en gezellig was, met live muziek, dure biertjes en een local die me vanalles vertelde over surfen vissen en haaien maar waarvan ik door het accent maar de helft begreep. Wat ik wel begreep is dat als men met een helicopter boven surfers vliegt men vaak ziet dat er (witte) haaien op hun gemakkie onder hen door zwemmen, zonder dat ze iets doen. Ik denk dat ik zo'n helicopter ga regelen. Ook begreep ik dat haaien alleen bijten om uit te vinden of we op hun menukaart staan, wat niet het geval is. Dat las ik later ook in de krant, net als dat er gemiddeld maar 5 mensen per jaar overlijden als gevolg van een beet. Dat, en dat er meer doden veroorzaakt worden door vallende kokosnoten, ook wel killernuts genoemd... Ook las ik dat zelfs de haaienpopulatie op het Great Barrier Reef in groot gevaar is. Ieder jaar slachten we zo'n 73 miljoen "killers". 5 tegen 73000000 dus. Het zou lachwekkend zijn als het niet triest was.
In Coffs Harbour overigens, na het uploaden van gisteren's blog, struikelde ik zo'n beetje over een uil! Dat beest zat daar gewoon een beetje op de stoep een uiltje te knappen. Een Tawny Frogmouth uil. En hij bleef mij maar aankijken. Heb het beest tot een meter benaderd, wat erg mooie foto's en filmpjes heeft opgeleverd. Red-eye reduction of fix werkt echter schijnbaar niet bij uilen. Dat zeggen de verkopers van een camera er dan weer niet bij.

Zaterdag 5 maart 2011 - Go East

Slecht geslapen. Ik zit in een party-hostel en dat heb ik geweten, de hele nacht herrie buiten. Overdag regen. Een verspeelde (verspilde?) dag. Wat rondgelopen, biertjes gedronken met Andres de Chileen, die ook Maidenfan blijkt te zijn (zoals zoveel zuid-Amerikanen), en \'s avonds weer naar de Beach House body-beautiful bekijken.

Zondag 6 maart 2011 - Ooster gaat niet

De eerste dag mooi weer sinds dagen, en Craptain 3x0 mag om 13u de bus instappen op weg naar Brisbane. De ochtend echter goed besteed. Naar het meest oostelijke puntje van Australie gelopen. Voor een paar kilometer door Bush. Prachtige uitzichten, en een flinke groep dolfijnen gezien. Heb daar helaas geen goede foto's van want de batterij van mijn camera was "ineens" op. Precies na het maken van een zelfportret op het meest oostelijke puntje... Mazzeltje. Het kan onhandiger. Zo stond ik laatst als Craptain Seasicky met masker op en flippers aan op die "catamaran" op het punt met mijn onderwatercamera het water in te springen (en in mijn snorkel te brokken), bleek de geheugenkaart vol... Maar er was op die Wobbegonghaai na toch geen flikker te zien dat mijn megabytes waard was.
Omdat ik de bus moest halen en wat laat vertrokken was gok ik dat ik een nieuw tijdrecord heb neergezet voor de heen en terugtocht naar dat meest oostelijke puntje.
Ik was zelfs zo snel dat ik nog tijd gevonden heb om +/- 450 dollar neer te leggen voor een driedaagse live-aboard trimarantocht (15 t/m 17 maart) naar de Whitsunday islands. Dat moet een van de mooiste dingen zijn die hier te doen zijn. Ben benieuwd. Tevens een vlucht geboekt van Brisbane naar Sydney voor daarna. Het geld vliegt er hier doorheen. Nu nog kijken hoe ik bij de opstapplek voor die Trimaran kom.
's Avonds in Brisbane de ramptoerist uitgehangen aan The South Bank, een groen-, kultuur-, en eetstrook langs de rivier de Brisbane.

Maandag 7 maart 2011 - Harry San

Door Paddington, een van de suburbs, gewandeld en het CBD verkend. Brisbane lijkt klein.
In de middag naar de nieuwe werkplek van een ex-directeur (Harry San) van een van mijn ex-werkgevers (BAM) gegaan, op nog geen 2 km afstand van mijn hostel. Ook goed te doen lopend, met backpack in de brandende zon, in net overhemd en spijkerbroek. Moet je er alleen niet halverwege achterkomen dat je je paspoort e.d. vergeten bent in je hostel. Dan wordt zo'n tocht al snel tzweed keer zo nat.
Had Harry voor het laatst 7 jaar geleden gezien toen ik met dezelfde backpack naar Azie ging. Nog geen twee minuten later zat ik met de engineering manager te praten. Harry zelf is er de grote baas en laat nergens gras over groeien. Dat maakt hem ook zo succesvol denk ik.
Na het werk mee naar zijn huis gegaan. Een huis met een oprijlaan van 200 meter en een landgoed waar plaats bleek te zijn voor een paardenterrein voor zijn dochter, een zelfgebouwde halfpipe voor zijn skatende zoon, een zwembad(je), wat auto's, garages en nog een paardenstalling inclusief een paard en pony, een stuk bush met o.a. eucalyptusbomen (Koala's!) en een vakantiehuis met alles erop en eraan waar ik in mocht slapen. De beste hostel tot dusver. Inclusief diner en biertjes.
In een van de garages c.q. werkhokken lag een klein tot middelgrote Python (na) te genieten van een rat in zijn "buik". Respect dat ze dat beest gewoon laten liggen. In Thailand zouden velen zo'n beest zonder aanziens der hoektanden meteen in stukken hakken. Hier begrijpen de mensen beter dat die beesten in principe geen kwaad in de zin hebben maar gewoon een warm droog plekje zoeken als zovelen. Er zitten hier spinnen die erg klein, maar tegelijkertijd net zo erg dodelijk zijn, en net zo tegelijkertijd zijn ze niet zeldzaam. In Sydney zat echt iedere boom vol met spinnen van een formaat waar niet iedereen even vrolijk van wordt. Ook de 4 meest dodelijke slangen op aarde zijn hier niet zeldzaam. Toch grappig.
Vrij vroeg naar bed, met het idee om ook vroeg (6:30u) op te staan om kangoeroes en/of wallabies in de tuin te zien.

Dinsdag 8 maart 2011 - Craptain Cross

En jawel, wilde kangoeroes in de tuin. En, en een koala, zoals het hoort, stoned en relaxt aan het tukken bovenin een Eucalyptus. Een Python, een Koala en Kangoeroes (of Wallabies), allemaal in de tuin. Vrij apart.
En allerlei spinnen. Zeer irritant die webben overal. Misschien wel een van een Red Back. Ik moet voorzichtig zijn met wat ik zeg te hebben gezien. Zo heb ik gisteren foto's gezien van Wobbegong haaien. Dat deed me beseffen dat ik tijdens het "snorkelen" vorige week waarschijnlijk wel naar de echte Wobbegong heb gekeken, maar dat ik hem niet opgemerkt heb door zijn camouflage. De captain wees de craptain op het beest. Craptain zag een niet zo bijzondere grote vis en dacht dat dat hem was. Echt niet! Op de foto's afgaande zijn het machtigmooie haaien. Ik heb wat gemist.
's Middags mijn ui-theorie gaan ui-tproberen. Ik kon van Harry een oude rammelende Diesel-Van lenen met bed achterin en gordijnen die het zicht tijdens het rijden aardig belemmeren. En dat is best spannend als je voor het eerst links moet rijden met het stuur rechts en de versnellingspook "links". In werkelijkheid zit die uiteraard gewoon in het midden.
De eerste keer achteruit rijden en keren kostte me bijna de achterruit (en een geparkeerde auto). Daarna ging alles soepel en kon ik uren crossen. Die vierde ui-ring is fucking dik! Althans, dat lijkt zo. Je mag hier sowieso al vaak niet harder dan 80, met enkele stukken 100, maar er wordt hier zo veel Werk Aan De Weg (road work) verricht, waarbij je dan maar 60 of 40 mag karren, dat ik niet verder ben gekomen dan 200km. Maar dat was ook het doel van vandaag. Ik zit in Toowoomba. Op een caravan-park(ing). Met naast me twee Nederlandse dames. Zij wilden net als ik een beetje proeven van Outback. Net als ik was hen verteld dan naar Toowoomba te gaan. Net als ik begrijpen zij, en schijnbaar ook twee oudjes in het visitor information center hier, net zo min waarom ons dat is verteld. We zitten gewoon in een "stadje" en op de weg hier naartoe hooguit weiland gezien, maar geen korrel rood zand van de Outback. De vierde ui-ring, dat weiland, heet country side. En die blijkt inderdaad honderden kilometers dik te zijn.
Nog geen echt plan voor morgen. Het is 21:51u. Al uren donker. Craptain Cross gaat voor het eerst tukken in een Van.

Woensdag 9 maart 2011 - Main Range Python

Ik denk dat ik ook zo'n rijdend bed aan schaf. Prima geslapen. En je komt nog eens ergens.
Heb een ommetje van om en nabij de 400km terug naar mijn logeeradres in The Red Lands gemaakt, vrijwel volledig door country side, maar voor een heel klein stuk door Bush. Daar ben ik, heel verstandig, in mijn eentje, zonder iemand op de hoogte te stellen, en zonder water, eten, telefonisch bereik of wat dan ook, te voet het regenwoud ingedoken. In het vrijwel onbekende en bezoekerloze Main Range National Park. Stuit ik na 3 minuten op een meterslange minstens 10cm dikke Python. Een volwassen exemplaar als je het mij vraagt. Lag met een flinke bal in zijn buik een beetje opgerold cool te zijn. En daar moest ik langs. Het pad liep langs een steile helling. Er was weinig alternatief. Toevallig kwam er net een ranger aan, dus het kon onder toezicht. Het was niet zo warm (slangen zijn koudbloedig) en het beest had genoeg gegeten voor de komende maand, dus erg druk maakte die zich niet.
Een deel van het regenwoud zou Eucalytus zijn, en ik wilde dan ook koala's spotten, maar na die python keek ik toch liever waar ik liep. Daarbij kwam dat het pad op bepaalde stukken in geen tijden bewandeld leek en helemaal overgroeid was. Laat ik het zo zeggen, erg vlot liep ik niet. En dan schiet er ineens een of ander super- of oerkonijn o.i.d. voor je voeten de jungle in. Schrok me kapot. Verder veel tropische vogels, spinnenwebben, een bloedzuiger en een hele hoop mooie Bush.
Na een uur of twee ligt die python nog steeds op het pad. Zou ik ook doen als ik een python was. Dit keer geen ranger, en in al die uren helemaal niemand gezien. Ik zou niet de eerste buitenlander hier zijn die zo maar verdwijnt. Maar zoals verwacht gunde hij me alleen een blik waardig. Ik heb mijn passage langs het schattige huisdier daarom gefilmd. Een geslaagde dag.

Donderdag 10 maart 2011 - North Stradbroke rules

Tel je mee? Een "Bamboo shark", twee "Leopard sharks", een "Wobbegong shark", 10+ "Spotted eagle rays", een Octopus, een zeer grote schildpad en een aantal kleinere, een paar Schorpioenvissen, tig "Puffer fish", en honderden andere vissen in allerlei kleuren en formaten. En dat zijn alleen de exemplaren die op hooguit enkele meters afstand naast boven of onder ons door zwommen. Tijdens twee duiken. Op de Wobbegong en de Octopus na zat alles al in de eerste duik. Daarbij tot 26m gegaan. In de verte en dieper heb ik nog grotere haaien en wellicht een "Manta ray" gezien. Het zicht was fantastisch. Ik zou niet kunnen kiezen wat het mooiste was. De eerste volwassen Luipaardhaai, de school! van acht meterslange en brede gestippelde arendsroggen die in formatie rustig passeerde of de Octopus die voor mijn ogen ter camouflage van kleur veranderde van zwart tot de kleuren van de rotsen waar hij verscholen zat. De Wobbegonghaai heb ik helaas maar kort kunnen bekijken toen we er ploeterend bovenlangs "zwommen" op weg naar de ankerlijn alwaar mijn "duikbuddy" ons vroegtijdig verliet. We waren maar met z'n drieen. Een duikinstructeur, een meisje en ik. Tijdens de tweede duik raakte het meisje in paniek. Zij en ik waren in een stroming terecht gekomen en dreven aardig hard weg van de instructeur, die meer aandacht besteedde aan foto's maken dan aan ons. Dat zou ook geen probleem moeten zijn, want we zaten niet op cursus. Toch raakte ze mede daardoor in paniek en wilde terug naar boven. Door de angst alleen te raken, wat ik me voor kan stellen, trok ze mij mee naar boven. Omdat je niet te snel mag stijgen probeerde ik haar tegen te houden (terug naar beneden trekken) en gebaarde ik haar ook dat ik dat bewust deed. Dat begreep ze gelukkig, en ik kreeg haar gelukkig ook zover te levellen (waarvoor ik achteraf bedankt ben). Tegen die tijd zag de instructeur ons ook, en die kwam als een gek te hulp, trok haar ook weer een stuk mee naar beneden waar de stroming minder heftig was en vanaf daar trok hij haar tegen de stroom in terug naar de ankerlijn. En ik maar in mijn eentje erachter aan flipperen. Het kostte me een kwart tank (en heb er nog spierpijn van) maar had toch nog genoeg over om de duik voort te zetten. Dat hebben we gedaan nadat we haar veilig boven hebben zien komen. Die Wobbegong daarna niet meer gevonden. Die beesten zijn een en al camouflage. Maar wel die Octopus gevonden, en weer een Luipaardhaai en wat schildpadden en roggen, dus het werd alsnog een geslaagde duik. Twee van mijn beste duiken dusver. En dat op North Stradbroke Island, een vrijwel verlaten en door reizigers veelal overgeslagen eilandje net uit de kust bij Brisbane. Het was een tip van Harry. Tips van locals zijn vrij vaak waardevol. Het zal allemaal wel, dat Great Barrier Reef bij Cairns waar iedereen naartoe gaat en waar ik eigenlijk ook heen wilde. Wat ik hier gezien heb wordt moeilijk te overtreffen.

Vrijdag 11 maart 2011 - Japan

Bizarre dag uiteraard. 's Morgens lees ik over een flinke aardbeving in China op de grens met Myanmar, wordt ik 's Avonds gebeld en verteld over Japan. Hier was schijnbaar ook een Tsunami alarm, maar daar heb ik niks van meegekregen. Ik vaarde toen op een City Cat over de Brisbane waarbij het grootste deel van de aanlegsteigers niet aangedaan werd omdat ze er simpelweg niet meer waren of kapot waren als gevolg van de overstromingen weken eerder.
Overstromingen, orkanen, aardbevingen, tsunami's, lekkende of in brand staande kerncentrales, het kan allemaal niet op. En waar maakte ik me op dat moment druk over? Over de burger-value-meal waar ik 's morgens bij het inchecken een voucher voor had gekregen, waarvoor ik overdag mijn maag gespaard had, waarvoor ik speciaal uit de stad terug naar mijn hostel was gekomen, en die bij aankomst al uitverkocht bleek te zijn! Great value inderdaad. Tja. Ik heb toen maar genoegen genomen met een banaan van een euro (fruit, produced in Australia, is hier knetterduur, maar schijnt ook deels te komen door de overstromingen). Vlak daarna hoorde ik het nieuws en had ik weer perspectief.
De avond was wat mij betreft daarna wat vreemd, met op de ene verdieping de ever on-going party in het hostel, met liters bier (Engelsen en Ieren), shots en een topless serveerster (toch een meerwaarde van dit hostel, City Backpackers in Brisbane), en op een andere verdieping Japanners en anderen gekluisterd aan het internet.
Het was dan wel vrijdagavond, maar over het algemeen gaat het er in de Ozthells vrijwel iedere dag zo aan toe. Voor het gros van de over het algemeen wat jongere backpackers lijkt het iedere dag zuip-, film- en internetdag te zijn. Het verbaast me hoeveel gasten de halve dag in bed liggen en voor de overige tijd achter internet, bier, televisie of laptop zitten. (Het kan erop lijken dat ik ook veel internet, maar dat is optisch bedrog. Ik schrijf al mijn blogs offline op mijn iPhone op momenten dat ik wacht op eten, in de bus zit, in een park zit bij te komen van uren lopen of wat dan ook. Als ik dan ergens (gratis) WiFi ontvangst heb, dan gooi ik ze in een paar minuten online.) Voor een groot deel zijn het echter jongeren op een one-year working-holiday visum. Voor het grootste deel zijn ze op zoek naar werk. Die kunnen uiteraard niet net als ik iedere dag de lokale economie draaiende houden door er zo'n 100 dollar per dag in te pompen. Ik sta ook op het punt eens een paar dagen op water en toast (gewoon brood lijkt men hier niet aan te doen. Al het brood, wit brood, krentenbrood, kaneelbrood, alles wordt geroosterd alsof ze de ouderdom ervan willen verbloemen) te gaan leven, zodat ik nog wat over heb voor Thailand, waar ik tien keer zoveel kan doen voor hetzelfde geld. Op de trimarantocht door de Whitsundays na volgende week geloof ik de rest inmiddels wel. Ik ben een beetje af aan het tellen.

Weekend 12 & 13 maart 2011 - Wetsundays

Rustdagen. Zaterdag in de namiddag van Brisbane naar Porsepine gevlogen en vanaf daar in stortregen met een shuttlebus naar Airlie Beach gereden, waar ik als het door gaat dinsdag pas op de reeds geboekte trimaran stap voor wat dagen zeilen en snorkelen rond de Whitsundays. Als het door gaat. Vooralsnog betreft het vooral Withoutsundays. Ook zondag viel het met bakken naar beneden en liet de zon zich niet zien. En dit is ook min of meer ook voorspeld voor de komende dagen. Wetsundays dus. Maar ik weet nu al dat er echt een cycloon of tsunami voorspeld moet worden voordat men zo'n tocht afblaast. 20 pax maal 450 dollar pp is gewoon 9000 dollar teveel om niet in twee dagen binnen te halen.
Het enige lichtpuntje is het feit dat het hier regent niet betekent dat het regent op zee. De bergen hier houden de wolken vast. Afwachten dus.
Dat afwachten zondag overdag gedaan met een toffe Zwitser en 's avonds met hem en een leuke Duitse. Die zaten vanaf zaterdagnacht 2:00u ineens in mijn kamer. Bij inchecken kreeg ik op verzoek om een rustige kamer een kamer voor 8 helemaal voor mezelf. Relaxt. En nog voor een spotprijs een keer ook. 's Nachts arriveerde er echter een backpackerbus die met pech acht uur vertraging had opgelopen, en werd mijn nachtrust wreed verstoord door zeven nieuwe kamergenoten, waarvan zes mooie dames. Dacht even dat ik droomde. Twee bleken echter irritant arrogant. Uiteraard de mooiste twee, twee duitsen. Zondagnacht bijvoorbeeld. We zitten in een airco-kamer. En dat komt goed uit met acht man op een kamer. Zetten ze gewoon zonder vragen uit. Toen begreep ik dat zij het waren die dat zaterdagnacht ook hadden gedaan, waardoor de rest badend in het zweet wakker was geworden. Maakte teveel herrie voor het prinsesje met de twee erwtjes bleek bij navraag. Grappig dat het enige waar de rest last van had hun gekweb en licht was, 's nachts. Ik heb dan ook als kameroudste en verstandigste de rest even hardop gevraagd wat die ervan vonden en zo stond hij toch vrij snel weer aan. Maandagochtend zijn ze onverwachts uitgechecht.
Helaas zijn die Zwitser en leuke Duitse (arts) toen verwachts ook uitgecheckt. Zij hebben besloten niet verder het weer af te wachten en in plaats daarvan 17 uur in een bus te gaan zitten op weg naar een volgend stadje halverwege naar Brisbane. Zeventien uur, halverwege, ik ben blij dat ik binnenlandse vluchten heb geboekt!

Maandag 14 maart 2011 - Tequila Sunrise

Dag van bezinning. Op internet en TV nieuws gevolgd en een Australische krant gelezen. Met Japan vergeleken zullen de Australische problemen komkommers zijn, maar komkommers blijven komkommers. Zo zijn er afgelopen week weer dorpen in Queensland volledig overstroomd met waterstanden tot 9m meen ik. Op dat moment reed ik ongeveer 800km door Queensland en zag ik voornamelijk droogte. Australie is groot.
Zag vandaag ook het weerbericht voor Australie op TV. Dat is dus een weerbericht voor een continent! De vooruitzichten voor mijn zeiltrip zijn fantastisch. Als je van regen en stevige wind houdt.
Heb voor de zekerheid maar anti-zeeziektepillen gekocht. No more Craptain Sicky liefst. Stevige wind is overigens uiteraard niet eens onwenselijk voor zeilen. Ben benieuwd.
Heb ook maar een dom hoedje gekocht om mijn kruin en nek te beschermen in het geval van directe zonnestraling. Ik ben nu al benieuwd naar de nog te maken foto's. Het blijft namelijk niet bij een hoedje, ik zal ook een stinger-suit aan moeten, een pak dat heel je lichaam behalve je gezicht beschermt. Het is namelijk stinger-season, dodelijkekwallenseizoen.
Er zitten hier nu kwallen zo klein als een oude knaak, doorzichtig en dus bijna onzichtbaar, met lange tentakels, en die zijn zo dodelijk als de pest (zwemmen aan de Sunshine coast is er dus niet echt bij). Bij een klein stukje aangeraakte huid ben je schijnbaar nog te redden, maar schreeuw je het wel uit van de pijn. Uiteraard vertellen ze dat er allemaal niet bij als je zo'n tocht boekt. Net als dat ze er niet bijvertellen dat je 459 dollar kostende ticket exclusief 45 dollar Marine Park Tax is, exclusief 20 dollar kwallenpakhuur is, en exclusief 5 dollar lockerhuur voor je bagage die je niet mee mag nemen is. Geloof me dat ik een vreugdesprongetje maakte toen ik op de boardingpas las dat de snorkel en masker wel bij de prijs inbegrepen waren. Ik verwachtte ieder moment te lezen dat pleepapier per velletje afgerekend zou worden, een dollar per enkellaags velletje, 4 voor 3,50. En zo gaf ik op een dag waarop ik eigenlijk niks deed toch zo maar weer even 117 dollar uit, inclusief ontbijt, avondeten (niet te verwarren met diner) en kamerhuur a 16 dollar per dag, wat echt eens redelijk is, dat wel, maar exclusief de drankjes die ik drink tijdens het schrijven van deze blog. Vertrouw mij maar dat ik niet de enige ben die de financiele kant van de verder meestal prima tijdsbesteding een beetje tegenstaat. Het is een van de redenen dat erg veel backpackers niks anders doen dan in hun hostel zitten en zelf koken etcetera. Ik klaag wel een beetje, maar neem wel mijn verlies. Ik heb al in een vroeg stadium besloten niet te wijken onder druk van de sterke Australische dollar, en bijvoorbeeld gewoon iedere dag buiten de deur te eten. Omdat ik een van de weinige ben die dat doet eet ik wel meestal alleen. Verder heeft het er ook wel in geresulteerd dat een wandeldag er soms voor een groot deel op gericht is de beste prijs-kwaliteit-en-kwantiteit verhouding voor maaltijden te vinden. Maar dat doet toch ook ieder dier.
Wat dat betreft heeft een 4 meter lange zoutwaterkrokodil afgelopen week een inschattingsfout gemaakt las ik vanochtend in die krant. Die had een 32 jarige visser bij de benen genomen, maar op het een paar keer 360 graden ronddraaien van de onderbenen met als draaipunt de knieen na was het de amateur in 45 minuten niet gelukt de zich aan mangrovebossen vasthoudende Crocodile Dundee dieper het water in te trekken om mals te rollen en op te peuzelen, en nu is de lokale gemeenschap op zoek naar deze "boosdoener". Dat laatste vond ik het bizarste. Net of de andere crocs niet liefst hetzelfde zouden doen. Het zijn geen honden die je even straft om het ze af te leren. Ik hoop dat kroki zich niet laat vinden.
Maar wat financien betreft heb ik geluk hier in Airlie Beach, waar ik veel meer dagen dan gewenst zal doorbrengen. Dit lijkt de enige plek tot nu toe te zijn waar concurrentie de markt bepaalt.
Even terug naar de kwallen. Het gaat naast die knakenkwal om een paar verschillende soorten. Uiteraard zou je bijna zeggen. Het is bijna bizar hoe vijandig de Australische Flora en Fauna is. Er zijn hier ook planten, of bladeren van planten die bij aanraking maken dat je volautomatisch binnenstebuiten keert of iets. Bizar gewoon wat hier allemaal zit om ons te pesten.
In de bedden van het prinsesje met de erwtjes en haar vriendin slaapt vannacht een koppel dat tijdens de aardbeving in Christchurch daar was. De man (ik gok van ongeveer mijn leeftijd) vertelde dat hij de grond nog voelt trillen als hij eraan denkt.
Was ik gisteren in de opsomming toch onverhoeds vulkaanuitbarstingen vergeten. De lokale beekjes die hier in Airlie Beach in zee afwateren veranderen ook steeds meer in woester stromende riviertjes. De gedachte om hier nu op laag land aan de kust te zitten zou menig persoon angst aan kunnen jagen, en dat doet het ook. Ik heb al jongens gesproken die dachten dat het einde van de wereld in zicht is (maar die in plaats van in dat geval nog even wat leuks te doen met hun geld toch zelf macaroni met kaas gingen "koken" en in het hostel op happy hour wachtten om goedkoper van liters bier te kunnen genieten). Zelf ben ik nog niet zo ver, maar om er zeker van te zijn dat ik in ieder geval nog een zonsopgang mee zal maken heb ik net maar een Tequila Sunrise besteld :-(

15, 16 & 17 maart 2011 - Wetsundays

Een aparte ervaring, een "zeilvakantie" in de Whitsundays. Zeilen doen ze hier op de motor. 3 dagen staan gelijk aan 2 dagen. Onder bushwalken verstaan ze een 250m kort pad aflopen. Guided tours wil zeggen dat ze je van te voren een beetje vertellen dat je beter links of rechts wat kan snorkelen. Snorkelen doe je hier zonder vliezen. Onder "excellent food" verstaan ze 3 kilo rul gebakken gehakt vermengd met 1 tomaat en 1 ui op een bordje met euroshopper spaghetti. Onder full-service verstaan ze dat je je eigen bord etc af moet wassen. Onder ruime slaapcompartimenten worden hokjes van 1.5m x 1m verstaan waar dan twee mensen lepeltje lepeltje kunnen liggen en fantastisch koraal is tegenwoordig dood en bruin. Combineer dat met een eerste dag alleen maar regen, en op de bank zittend televisie kijken met Mispoes op schoot lijkt ineens niet meer zo'n gek idee.
De tweede dag hadden we gelukkig zon, hebben we het zeil een kort uur lang gehesen gehad (waarmee ze waarschijnlijk aan hun zeilverplichting hebben voldaan), werd het snorkelen gered door een schildpadje (waarvan ik een mooi onderwaterfilmpje heb gemaakt) en een of andere tamme megavis, en was het eten ook nog eens zo slecht niet. En dan had ik ook nog geluk. Ik hoefde en mijn bed niet te delen (waardoor ik diagonaal precies met 1 been gestrekt kon liggen), en ik had geen bedbugs. Klinkt triviaal? Sommigen zaten onder de uitslag! Dat werd uiteraard niet verteld voor je je honderden dollars had betaald, maar stond wel op de boardingpas, dat ze daar last van hadden. Uiteraard laten ze je er dan voor tekenen dat ze er niet aansprakelijk voor zijn. Kom op, een boot van polyester of glasvezels of zoiets. Hoe moeilijk is het de "matrassen" daar even uit te halen en een verder stofloze boot te reinigen? Zeer moeilijk als de boot na terugkomst binnen een uur weer moet uitvaren om de volgende 10 ruggen binnen te halen. Overbodig denk ik te melden dat ik een dergelijke "zeiltocht" niet gauw aan zou raden. Ik heb het gehad met dit Australie.

Vrijdag 18 maart 2011 - Wasted day

Vrijdag was just another wasted day in "paradise". De zon scheen wel, maar ik ben niet zo van in en rond een zwembad liggen, en laat dat nou zo'n beetje de enige aktiviteit zijn die hier te doen is als het weer het toe laat (en dat heeft het hier de laatste weken niet gedaan). Lijkt onwaarschijnlijk, maar schijn bedriegt. De oceaan ligt er mooi bij, maar er (nu) in zwemmen doen zelfs de locals niet, ook niet met stinger-suit. En daarom is er de gratis toegankelijke zogenaamde Lagoon. Een groot uitgevoerd poedelbad. Vrijwel nergens dieper dan 1.5m. Heel lokaal 2m. Erg komisch om te zien dat er de hele dag een life guard aanwezig is, in kniediep water, met een reddingsboei op zijn rug. Het doet me een beetje denken aan een erg grappige sketch van Jim Carey. Vandaag nog niet gelachen? Zoek hem op youtube, sketch heet "In The Pool" meen ik.
Die life guard is trouwens echt de hele dag aanwezig, ook 's nachts. Is logischer met al die zatte dwazen iedere nacht. Backpackers en locals. Als ik een local was in een twee a drie straten tellend paradijs zou ik me denk ik ook iedere dag bezatten, dus ik vel daarover geen oordeel.
Maar ronddolend door de hoofdstraat bedacht ik me dat ik wel weer toe was aan een bush walk. Omdat het een nogal impulsief idee was stond ik een half uur later en een 10+ kilometer met de bus verder weer eens totaal onvoorbereid aan het begin van wat tochten, dit keer langs/door moeras en tegen een berg op op weg naar uitzichten over de Whitsundays. Nu versta ik onder onvoorbereid dit keer ook dat ik wel goed had ontbeten maar niet gesche..., maar zou ik dat wel gedaan hebben had het waarschuwingsbord waarop stond dat het gebied crocodile habitat was er waarschijnlijk voor gezorgd dat ik nog eens moest. Ik voelde me een beetje een mietje, maar na honderd meter besloot ik een bus terug te pakken. Ik had al slecht geslapen (wat deze vakantie geen uitzondering is), had weer eens goed pijn in mijn rug, vermoeide benen, en had het voorgevoel dat het geluk deze week niet aan mijn kant lag. Slangen oke, haaien, graag, maar Salties (zoutwater-krokodillen), ik kende ze nog niet goed genoeg.
Terug in Airlie Beach besloot ik een boek te kopen en mijn laatste twee dagen hier lezend te slijten. Sta ik in een boekwinkel (die hebben ze nog net wel), valt mijn oog op het boek "Croc!". Gekocht uiteraard, en 's avonds een paar uur gelezen met het idee de volgende dag alsnog als Craptain Dundee het moeras te trotseren. Tussendoor nog geprobeerd mijn vlucht naar Thailand te vervroegen...

Zaterdag 19 maart 2011 - Craptain Croc

Eindelijk was ie daar, de laatste dag Airlie Bitch. Om van dat feit te genieten, en om tijd genoeg te hebben voor een onvervalste croc-hunt, lekker vroeg opgestaan. Zo vroeg zelfs dat ik voor de eerste keer op tijd was voor het dagelijkse gratis ontbijt. Dat bleek echter zo godvergeves armoedig te zijn (wit brood met pindakaas of Vegemite), en moest je klaarmaken op door de gasten zelf afgewaste borden, die omdat de gasten nog zo jong zijn dat ze van mammie nog niet geleerd hebben hoe dat moet zo smerig waren dat ze voor het afwassen waarschijnlijker schoner waren, dat ik dat "ontbijt" gelaten heb voor wat het was en maar weer naar mijn vaste stek ben gegaan voor mijn spek, worst, witte bonen in tomatensaus, ei en toast (ik kan niet wachten op het keuzeaanbod in Thailand). Daarna even een boodschap gedaan en beter voorbereid weer een bus gepakt naar Conway National Park. Dat wil zeggen dat ik iemand had laten weten waar ik heen ging en dat ik water, een appel, een mars, en het naslagwerk Croc! in mijn tas had zitten. Mochten mijn benen afgebeten worden had ik in ieder geval nog wat te lezen.
Aan het boek had ik eigenlijk nog weinig gehad. Het eerste deel verhaalde alleen over de jaren 50, 60, 70; de jaren waarin de krokodillenpopulatie bijna uitgemoord was door heren met geweren die daar nog trots op waren ook, en verder was ik nog niet echt gekomen. Uit de interviews met deze heren kwam steeds naar voren hoe gevaarlijk het schieten wel niet was en wat een monsters die Salties waren, maar tegelijkertijd schoten en vilden ze zo'n tien tot twintig crocs per dag, tienduizenden over de jaren, zonder ook maar ooit echt aangevallen te zijn. Uiteraard hadden ze allemaal een paar spannende verhalen waarin ze de croc niet met 1 schot dood hadden geschoten, maar per ongeluk bijvoorbeeld de ruggengraat hadden geraakt, waarna zo'n beest ongecontroleerd dead rolls etcetera ging maken waarbij het bijna hun bootje had omgekiept. Nou, en dan weet je wel hoe gevaarlijk het was natuurlijk. Vrijwel allen gingen de volgende dag dan terug om met goede zin het karweitje/beestje af te maken. Bijna allemaal hadden ze ook wel een schrammetje op hun handen. Waarschijnlijk van het veelvuldig overhalen van de trekker. Ik vreesde kroki al heel wat minder. Die schrammetjes had ik al, maar dan op mijn scheenbeen, en niet van een croc, maar van een veel gevaarlijker dier, een Kakatoe! Die had me achtervolgd in de botanische tuinen in Sydney. Hij bleef maar aan mijn sok trekken, en toen ik er een foto van wilde maken nam hij een hap uit mijn been. Pfff, kroki's.
's Morgens op internet toch maar wat waardevollere informatie tot mij genomen. Het zijn slimme beesten begrijp ik, slim en lui. En geduldig. Ze zien jou dagen eerder dan jij hen ziet. Als je zo stom bent om iedere dag op dezelfde plaats in het meer/moeras te gaan vissen of pissen, dan is de kans groot dat er na een paar dagen heel geduldig volledig onzichtbaar een croc op je ligt te wachten. En dan nog wacht ie (dagen) tot je echt binnen tandbereik bent, maar dan ben je ook in een fractie van een seconde het haasje. Dat bewijzen ook de horrorverhalen uit de kranten hier en Croc! Bij toevallige ontmoetingen, als hij ligt te zonnen en jij langs komt lopen, kiest hij bij voorkeur het hazenpad. Alleen bij echte dreiging zal hij ook dan aanvallen. Ik denk niet dat er ook maar 1 croc op aarde is die Craptain Kroki met zijn spillenbenen appel water en mars om naar hem toe te gooien als een echte bedreiging ziet, en dus begon ik vol goede moet aan trail 1.
Na 200 meter moest ik echter echt door en over onder water staande stukken pad die in rechtstreekse verbinding stonden met het moeras en meer. Een stuk of 5 keer over de volgende 100 meter, en daar had ik toch minder zin in. Een basisles was ook dat een krokodil die je ziet geen gevaar is, het zijn de jongens en meisjes die je niet ziet waar je bang voor moet zijn. En ik zag er een heleboel niet! Sterker nog, ik zag er geeneen! Hoe eng is dat! En dus besloot ik de vijf poelen weer over te steken terug naar het begin om een andere trail te beginnen.
Die tweede trail was in eerste instantie niet minder spannend, tot ik na een kilometer of wat een familie met kleine kinderen tegen kwam. Ik bleek dezelfde trail (rondje) aan het doen te zijn die ik eerder afgebroken had, alleen dan de andere kant op. Die kleine kinderen waren gewoon met een oog dicht door dat moeras gehinkeld. En de vijf poelen die ik genomen had waarna ik het voor gezien had gehouden bleken de enige vijf poelen te zijn...
Tocht was verder wel cool. Mooie vogels die freaky geluiden maken, een grote uil, en een flink lange dunne vaag groene slang die er voor mijn voeten vandoor ging.
Helaas begon het wel te stortregenen, wat er en in resulteerde dat ik uiteraard zeiknat in mijn schoenen stond te soppen, en dat ik bovenop Mount Rooper aangekomen wederom geen prachtig uitzicht over de Whitsundays had. Als je postkaarten en foto's van anderen ziet zijn de wateren in de Whitsundays serieus prachtig om te zien, maar met wat ik zag ziet de Noordzee er op een mooie dag nog blauwer of groener uit. Heb een half uur gewacht op wat opklaring, maar heel veel beter werd het niet.
's Middags zat ik ergens een sappie te drinken, staat Andres de Chileen van twee weken eerder ineens voor mijn neus. De week Airlie Beach was zo'n tegenvaller dat deze ontmoeting bijna een hoogtepunt was. Hij dacht er hetzelfde over. Hij had ook een "zeiltocht" gedaan. "sjiet, nothing special" vond hij het, net als vrijwel alles wat hij gezien had langs de Gold en Sunshine coast, en ik kon me eigenlijk wel vinden in het tweede deel van deze korte samenvatting.
's Avonds naar Brisbane gevlogen, en daar aangekomen om verschillende redenen besloten voor het eerst in mijn leven op een vliegveld te overnachten, op de grond. Daar een drieentwintigjarige Fransoos ontmoet die, omdat hij alles te duur vond alleen maar wild kampeerde, liftend het land doorkruistte en op vliegvelden sliep etcetera, kortom een halve zwerver. Een halve zwerver, maar wel een met een laptop met daarop de meest prachtige foto's van wat hij allemaal hier gezien had. Het is er allemaal wel...

Zondag 20 maart 2011 - Craptain Airport

Toch raar, om wakker te worden temidden van allerlei mensen die langs je lopen. Niet echt goed geslapen. Zoals verwacht. Hoewel, als het niet de kou en vooral tocht veroorzaakt door de airco's was had ik mijn drie uur diepe slaap plat op de grond misschien wel veel langer kunnen doorzetten. Het was er stiller dan in de meeste Ozthells.
Daarna een stoelenbankje gevonden waar de leuningen tussen de stoelen uitgesloopt waren zodat ik met shirt longsleeve sweater en jas aan toch nog mooi een uur of twee heb kunnen pakken. Experiment voltooid.
Om 7:00u even snel naar de International terminal gegaan om iemand van China Airlines te vinden die mij misschien kon helpen mijn vlucht naar Bangkok vanuit Sydney over twee dagen te ruilen met de vlucht die later deze dag vanuit Brisbane zou vertrekken. Het vliegtuig zit niet vol, dat wist, maar in het weekend kun je het maar beter niet proberen heb ik ontdekt na wat prijzige telefoontjes naar zowel lokale als Nederlandse (waar het toen nog midden op de dag was) vestigingen van CI waarbij ik na het in het Engels, Nederlands en Mandarijn gegroet en bedankt voor het bellen te zijn verteld werd om op werkdagen terug te bellen. Zo ook op het nummer voor spoedgevallen...
Ook op het kantoor van CI op de International terminal niemand te pakken kunnen krijgen. Het was gewoon te vroeg. Maar dat had een reden. Mijn vlucht naar Sydney vertrok om 8:55u. En daar ik de gok niet aandurfde deze vlucht te skippen en te wachten maar weer snel terug naar de Domestic terminal gegaan en ingecheckt.
Sydney, wat een topstad. Hoewel ook hier veel regen valt valt er in ieder geval nog vanalles te zien en doen. Regen regen regen, onderhand het codewoord van mijn vakantie. Ik las in een krant dat hier een paar dagen geleden in een dag meer regen is gevallen dan normaal per jaar. De meeste regen in 27 jaar. Met als gevolg ook flash floods in Sydney en een vrij standaard zeiknatte Craptain Sop.
Gesloopt van vermoeidheid er toch nog een mooie dag van gemaakt. China town ontdekt! Als ik dat eerder had ontdekt was ik er iedere dag gaan eten. De "burger" en "fish & chips" cuisine van de oostkust (Australie?) begreep ik niet helemaal. Daarnaast bestaat de "fish" hier vaak uit (door trucjes legaal gemaakt illegaal gevangen met uitsterven bedreigde) haai, dat ze dan ter verbloeming "flake" noemen, en daar werk ik niet aan mee. De burgers smaakten overigens wel goed, maar met wat aziaten allemaal binnen een minuut uit een wok kunnen toveren vergeleken kan ik ze toch niet echt serieus nemen, de Australische burgers.
Daarna weer wat rondgelopen door en rond Darling Harbour (is zo mooi) en het erg mooi opgezette Maritiem Museum bezocht.
Deze dag denk ik ook mijn persoonlijke record verbroken voor wat betreft het langst aaneengesloten aan hebben van een paar niet stinkende sokken en schoenen (en overige kledingsstukken), en na deze ondergewaardeerde prestatie vrij vroeg gaan genieten van een matras, in het onovertroffen hostel Eva's Backpacker (I now know why!) in toevallig dezelfde kamer als drie weken geleden.

Maandag 21 maart 2011 - Fog

Wat een "tragedie", of "komedie", ligt er maar net aan hoe je iets ervaart. 's Morgens om 7:00u opgestaan om in de stromende stortregen bij Kings Cross treinstation te geraken vanwaar ik een dik twee uur durende treinreis naar Katoomba ging maken. Katoomba, in The Blue Mountains. The Blue Mountains, met de wereldberoemde imposante Three Sisters, met prachtige uitzichten, canyons, watervallen en weet ik het wat allemaal. En wat zie ik? Geen ene moer. Ja, regen en mist. De blauwe bergen danken hun naam aan de door eucalyptusdamp blauw gekleurde geurige gezonde lucht cq nevel waarin alles gehuld zou moeten zijn. So they say. Niks dan mist, mist, regen, meer regen, nog dichtere mist, nog meer regen, en volledig onder water staande mooie (dat wel) trails langs de of een berg, dat is wat ik voornamelijk gezien heb. Door het slechte zicht weet ik niet of het om de berg of een berg gaat. Had ook geen idee hoe diep ik zou vallen als ik van het pad af zou donderen. Op het geluid van kletterende watervallen in de buurt na had ik totaal geen orientatie. Na kilometers soppen kwam ik uiteindelijk bij een paar honderd treden tellende afdaling die me bij de voet van de Scenic Railway bracht, de steilste "trein" ter wereld. Het is geen trein, maar gewoon een karretje op rails dat met een staalkabel in twee minuten omhoog wordt getrokken. Een schuine lift dus. Ik was de enige passagier en vandaag was het Kzieniks Railway. Boven aangekomen mocht ik daar 11 dollar voor betalen. Er was ook een Kzieniks Cableway. Maar links rechts of boven laten hangen, ik zag hem niet.
Hoewel wel jammer uiteraard al die regen en mist kon ik er wel om lachen. Drie aziatische zusjes heb ik gevraagd te poseren voor een foto. Had ik tenminste nog een Three Sisters op de foto. Het ploeteren over de trails was ook wel cool. De dag werd echter pas echt goedgemaakt door 1 het super cozy nette en schone guesthouse waar ik zat, No 14 (ook met haarden waar ik mijn schoenen te drogen kon zetten), en 2 door de film Hall Pass die ik 's avonds in een verder volledig uitgestorven bioscoop heb gekeken. Na afloop vroeg ik me serieus af of het misschien gebruikelijk was als laatste bezoeker af te sluiten.

Dinsdag 22 maart 2011 - Ze bestaan

Ze bestaan! The Blue Mountains! En ze zijn mooi! Misschien wel het mooiste dat ik gezien heb in Australie. Dit is wat ik een beetje verwachtte te zien eigenlijk. Save the best for last. Sluit ik deze makke ontdekkingsteis zowaar ook nog eens af met een dag zon! Na heel veel regen komt zonneschijn. Om dat allemaal te vieren als laatste maaltijd nog eens Kangoeroe gegeten. Heerlijk. Helaas zonder biertje. Zo bizar hier, dat het gros van de restaurants geen alcohol mag verkopen. Dan zijn ze BYO; Bring Your Own. Maar ik had geen own.
En toen was het verhaaltje uit. Een paar uur later stapte ik terug in Sydney de trein uit en het vliegtuig in, op weg naar Thailand. Uiteraard in de stromende regen...

The mother of all blogs
23 maart - 2 april 2011 -

Oke, ik was eigenlijk niet van plan blogs vanuit/over Thailand te plaatsen. Ik verwachtte dat het allemaal bekende, en daarmee geen blogwaardige koek zou worden. Dat ik niks nieuws zou "ontdekken", wat toch het idee van deze blogreeks was. Maar door gelukjes bij wat ongelukkige omstandigheden heb ik toch nog aardig wat "ontdekt". Niet in de laatste plaats over mezelf.
Koos ik vroeger in Thailand eerder een Singha of Chang bier, wellicht omdat dat Thaiser klonk, drink ik nu Tiger bier omdat dat merk standaard de mooiste in strakke sexy Tiger jurkjes gestoken beer-cheer-girls (zo noemt men ze hier) rond heeft lopen. Wat dat precies zegt weet ik niet, maar het lijkt erop dat ik vatbaar voor reclame ben geworden.
Maar ook heb ik ontdekt dat ik denk dat ik toch niet zo heel graag meer in het decibelaire tjokvolle Bangkok (of misschien eigenlijk wel Thailand, of zelfs buitenland in het algemeen, maar dat betwijfel ik toch wel) zou willen wonen en werken. Misschien juist wel omdat het vrijwel allemaal bekende koek is, zowel de positieve aspecten (voornamelijk het eten, de food courts, het stappen, de over het algeen (hulpv)aardige instelling van de mensen, het ongelooflijk efficiente en betaalbare (openbaar) vervoer, de mooie relaxte stranden, wateren en eilanden, en uiteraard het eten) alswel de frustraties. Voorbeelden van dat laatste:
1. de alomaanwezige Thaise khit-theung-zeikmuziek die me inderdaad dag 1 al weer op de zenuwen begon te werken.
2. de verbazingwekkende domheid, simpelheid en/of infantiliteit van veel Thaien, waar ik vanaf dag 2 al mee geconfronteerd werd.
3. het feit dat men je op het eerste gezicht altijd als toerist zal zien, plus het feit dat men je uiteindelijk, als ze beseffen dat je geen toerist bent, en al spreek en lees je de taal, eet je somtam als ontbijt en karaoke je iedereen met twee thaise pepers in je neus er uit, op een niet altijd even plezierige manier altijd als farang zullen blijven behandelen.
4. "In The Ann" & Hotel Califolnia.
5. Thais Engels (Inglit).

Bovenstaande punten vertonen een zekere samenhang. Als Inglit English zou zijn, zou men het hier gewoon over "In The End" kunnen hebben, een nummer van Linkin Pahk (wat dan Linkin Park zou zijn). Men lijkt hier nog altijd niet begrepen te hebben dat het Thaise alfabet, of liever de Thaise grammatica, ontoereikend is om Engels te onderwijzen. Op school echter leert men Engels door Engelse tekst phonetisch in het Thai te schrijven, en hierdoor leert men te spreken met uitsluitend Thaise klanken en grammatica, met een voor een leek vaak onbegrijpelijk Inglit als gevolg. Het Thaise alfabet heeft genoeg medeklinkers die, als ze aan het begin van een lettergreep staan, bij benadering net zo uitgesproken worden als veel van onze medeklinkers. Het enige wat echt mist is volgens mij een echte harde V (daar gebruiken ze een W voor). Men kijkt hier erg veel TieWie en DieWieDies (en ook nog altijd WieCieDies). Als ze echter op het eind van een lettergreep staan veranderen ze helaas van klank, waarbij er ineens maar een zeer beperkt aantal mogelijkheden is. Te weinig. De S-sen (daar hebben ze er nogal wat van) worden een soort T, D of DT. De L wordt een N, net als een dubbele R op het einde. Een enkele R aan het einde van een lettergreep kunnen ze (vanuit de grammatica gezien) gewoon helemaal niet uitspreken, en dus zetten ze er een tekentje boven dat aangeeft dat de letter ingeslikt moet worden. Zeer vervelend. Een voornaam als, zeg, Maarten, wordt zonder kunstmatige ingreep (het toevoegen van een extra lettergreep resulterend in Maa-ruht-ten), als ik het letter voor letter zou vertalen onherroepelijk Maa-tan of Maat-en (afhankelijk van hoe ik het schrijf). Als ik het schrijf zonder dat tekentje boven de r beginnen ze (je) hier vrijwel zonder uitzondering (uit) te lachen en zeggen ze "aan mei dei" (niet te lezen). Zelf hebben ze legio schrijfvarianten voor bijvoorbeeld fried, waaronder fired, frierd, fied en flied. Combineer dat met wat alternatieve schrijfwijzen voor rice en chicken en je menukaart is ineens een stuk uitgebreider. Maar als je daar iets van zegt is het antwoord "mei pen rei" (geeft niet). Maar spel je 1 letter fout (en dat kan gemakkelijk met een alfabet met meerdere verschillend geschreven t's, d's, p's, s-sen, n-nen etc.), "aan mei pen ha ha ha". Maar men probeert het niet eens. Het zou vergelijkbaar zijn als wij zouden zeggen dat Nginnesoep niet leesbaar is, puur omdat er in het Nederlands geen woorden met een Ng beginnen. In het Thai beginnen er legio woorden met een Ng. Met wat oefening (te beginnen met het uitspreken van Koninginnesoep, en dan het Koni weglaten) kunnen wij het wel lezen en uitspreken (probeer maar eens). Maar zo niet hier in Thailand. Als iets niet phonetisch schrijfbaar is dan houdt het op. En dus heet ik hier Maaten of Maaruhtten, gaat men hier naar "sekoen" (school) en leert men daar "Inglit" van een "teachel" die zelf, net als de studenten, ook geen idee heeft hoe Inglit nou eigenlijk echt klinkt. Dat laatste komt mede door de TieWie, de Moewies, en die hopeloze khit-theung zeikmuziek zoals ik het noem. In 99% van de thaise liedjes hoor je khit-theung (wat zoiets betekent als ik mis je). Gek wordt je er van. Moet je je voorstellen dat je in Nederland overal de hele dag Frans Bauer en vergelijkbare treurigheid hoort. Iedere radiozender, in iedere supermarkt, in iedere bus, op TW, in iedere huiskamer, in eetstalletjes, op straat en als je op de pot zit bij Van der Valk. Alles hier is Thai. Engelse films worden nagesynchroniseerd, net als programma's op TV, muziek is Thai. Men luistert vrijwel niks Engels. Behalve dan Hotel California, In The End, twee of drie nummers van Scorpions (waaronder "Win Of Chain"), en Zombie van The Cranberries. Vraag me niet waarom, maar het is zo. Al zolang ik hier kom. En er lijkt niks veranderd. Je zou verwachten dat met de laatste paar albums van Iron Maiden iedereen inmiddels wel The Wicker Man, No More Lies of El Dorado phonetisch mee zou kunnen zingen, maar nee, kinderen, jongeren en volwassenen dragen hier alleen T-shirts van Iron Maiden zonder de band verder te kennen (je ziet ze echt best vaak, en toegegeven, het zijn natuurlijk ook best esthetisch mooie shirts zo met Eddie). In plaats daarvan is iedereen hier serieus zelfverklaard superfan van The Eagles, Scorpions en Linkin Park. Niet of of of, maar en en en. Mischien en en of of en of en, maar toch altijd minstens twee ennen. Meer dan een of twee nummers per band kennen ze niet, en willen ze ook niet leren kennen weet ik uit ervaring, maar nee, ja, echt, helemaal fan van The Eagle, dat puur en alleen gebaseerd is op een nummer: Hotel California. Je hoort het overal. Maar tot zover voornamelijk de bekende koek.
Hotel California was ook het eerste lied dat ik uit een bar gegalmd hoorde komen toen ik de strandweg van Pattaya kwam binnenrijden. Jawel, het in Thailand beroemde en in het buitenland beruchte Pattaya, het moest er ooit van komen. En beter nu vind ik zelf dan over 15 jaar. Als ik er dan zo uitzie als de gemiddelde vijftigjarige duitser, dan hoop ik nu dat ik dan niet zwicht voor de of een verleiding.
Ik was deze dagen net in "Millions of Women Are Waiting to Meet You" aan het lezen. Een geniaal grappig maar tevens serieus boek over "Leven, Liefde en Internet Dating" zoals de flap zelf zegt. Nou, in Pattaya heb je geen internet nodig. Het zullen geen miljoenen vrouwen zijn, maar in de (tien)duizenden loopt het wel.
Misschien ongeloogwaardig, maar het zat helemaal niet in de "planning" om naar Pattaya te gaan. (Ik had eigenlijk niet echt een vaste planning, maar meer een principeplanning, en daar voldeed het dan weer wel aan.) Ik strande er een avond op weg naar Koh Chang, een eiland waar ik nog nooit geweest ben en waar ik wilde duiken en relaxen. (Het principe van in ieder geval een nieuwe plek aan te doen, en het principe te gaan duiken.) Koh Chang heb ik vervolgens maar laten schieten. Zoals misschien ook op het Nederlandse nieuws te zien is geweest is half Thailand overstroomd. Voornamelijk het zuiden. De Marine is al dagen bezig mensen te evacueren van eilanden als Koh Samui en Koh Tao. De provincie waar Kao Lak in ligt, waar ik ooit woonde en werkte en waar ik heen wilde om te zien hoe het er nu bij ligt, kampt ook met enorme overstromingen, en ook dat min of meer geplande tripje viel dus in het water. Het weer op Koh Chang was ook niet erg aantrekkelijk.
Het is ongelooflijk maar waar, op de eerste halve dag en de laatste dag na heb ik geen zon gezien. En de zon op die laatste dag scheen toen ik in een bus zat. De zon op de eerste dag toen ik in de nieuwe Airportlink skytrain zat. Geen grap, maar wel grappig. Gelukkig ook geen regen gehad hier, maar de lucht heeft, waar ik ook was, vrij vaak grijs gezien van onheilspellende wolken. Men begrijpt er hier ook niks van. Het zou de warmste periode van het jaar moeten zijn, maar ik heb vrijwel iedere dag een spijkerbroek en lange mouwen gedragen. Wat mijn uiterlijk eigenlijk wel ten goede komt, dus erg vond ik het niet. Wat daaraan mede ten grondslag ligt en ook wel wat jammer is is dat mijn fles Nivea zonnebrand factor 30 in zes weken tijd misschien 4 dagen handig is geweest. Niet gelogen. Bizar gewoon. Net zo bizar als het feit dat ik in totaal een aantal weken aan verschillende stranden vertoefd heb zonder de zee in te kunnen, door kwallen maar ook door het weer. Ik ben letterlijk van geen enkel strand de zee in geweest. Wat de eerste dagen in Thailand mijn uiterlijk ook niet ten goede kwam waren de rode stippen over mijn halve lichaam. Dit ten gevolge van een souvenir die ik per ongeluk geimporteerd had uit een Ozthell en de eerste dag in Bangkok vrij had gelaten in mijn bed: een bedbug. Die moet in mijn sweater gezeten hebben. Bed laten verschonen en kleren laten wassen en drogen heeft gelukkig geholpen, en na een dag of vier vijf was ik weer toonbaar.
Toen ik in Bangkok zat heb ik overigens ook weer eens mee kunnen trillen met een aardbeving (in Myanmar). Er werd naast mijn hotel echter ook flink geheid, dus ik weet niet zeker of ik het echt gevoeld heb, maar toch, vrij apart wat er allemaal om me heen gebeurt, waar ik met puur geluk allemaal tussendoor surf.
Maar terug naar Pattaya. Ik moet in alle eerlijkheid zeggen dat ik de hoogtepunten van mijn verblijf dit keer in Pattaya beleefd heb. Naast dat het een grote freakshow is van afzichtelijke veelal overjaarde buitenlandse viezerikken (niet eens om wat ze hier doen, maar gewoon afgaande op het uiterlijk) en duizenden zichzelf goed verkopende ladyboys en echte ladies in, achter, voor, op en buiten de honderden aaneengeschakelde barren, "massage"salons en (short stay) hotels, is het nog relaxt ook. Je kan er meer dan prima eten, en overdag kun je gewoon in een strandstoel met een kokosnoot en gebraden kippetje, wat somtam, een bakje schelpen, tien grote garnalen voor een knaak of wat krabbetjes voor een kwartje of wat dan ook op je gemakkie de locals en de "koppels" gade slaan. Ik heb daarbij ontdekt dat het gelukkig niet zo is dat de grootste lelijkerds de mooiste (en jongste) dames aan de haak slaan. Het is natuurlijk andersom. Het was goed te zien dat het niet de mooiste dames zijn die de lelijkste of dikste freaks aan de haak slaan. Die blijven er, mochten ze zich daar al mee inlaten (want ja, ook die dames hebben grenzen), tenminste niet langer dan strikt noodzakelijk aan vast plakken, en dus zie je overdag voornamelijk de (vaak al wat op leeftijd zijnde) standaard thaise dames.
Maar 's avonds, 's avonds, oenana lekkel lekkel ee! Wat er dan allemaal voor sirenes op de been zijn en erop uit zijn je schip op de rotsen te laten klappen. Dan kun je je maar beter als een Odysseus vast laten ketenen aan een van de palen in een van de honderden zo niet duizenden barren. Ik heb gelukkig niet gezien dat dat ook echt kan, maar ik heb genoeg gezien om te geloven dat het wel tot de mogelijkheden behoort.
Een van de tenten waar ik binnen ben geweest, eentje met een stuk of tien van die palen, in dit geval over twee verdiepingen doorlopende palen zodat de dames een coole entree konden maken, op een podium met doorlopend puike shows (ik praat hier geen ping-pong) en goede sfeer vind ik echt een aanrader die genoemd mag worden: AngelWitch. Ga! Go! Go!

Verder was het aardig wat oude bekenden weer te zien. In Bangkok en Kanchanaburi. Echt stappen hebben we helaas niet gedaan. Attrakties ben ik ook niet echt gaan bekijken. In Kanchanaburi kwam het besef dat het me eigenlijk allemaal weinig meer kon schelen. Ik had zo'n beetje alles al gezien in voorgaande jaren, maar de Tiger Temple waar ik nog nooit geweest ben geloofde ik ook zo wel. Geef mij maar tigerls (tiger girls). En de backpackerstraat zelf waar ik voorheen toch graag vertoefde en welke vrij representatief is voor Thailand had ik al helemaal niks meer mee. Kanchanaburi werd daarmee een zeer kort bezoek.
Maar ook de attrakties van Bangkok heb ik voor een groot deel gelaten voor wat ze zijn. In een hotel had ik een boekje over Bangkok gepakt waarin "alle" must sees stonden. 99% had ik al gezien. Maar zou er een tempel, oud teak houten huis, liggende groengeeloranje smaragden boeddha tussen zitten die ik nog niet gezien had, ik zou het geloofd hebben. En net een van de weinige dingen die ik wel weer eens graag bezocht, de Lumpini Night Bazaar met de gezellige beer gardens etcetera, die bleek met de grond gelijk gemaakt te zijn. Dat heeft plaats moeten maken voor ik meen de zoveelste (nog te bouwen) shopping mall. Gelukkig zaten de Commodo Varanen wel nog gewoon in Lumpini Park.
En zo was ik zelfs in Bangkok een klein beetje verveeld. Klein beetje. Het eten maakte erg veel goed. Nee, Pattaya was het leukst. En weer eens wat anders dan anders.
Als afsluiter nog wat Thaise dom- en simpelheid. Of eerder de indruk die veel Thaien wekken te hebben van jou, dat jij dom of simpel bent. Bijvoorbeeld het wijzen en benoemen door "verkopers". Alles waar je naar staat te kijken benoemen ze. Sta je naar T-shirts te kijken, zeggen ze "Teeshuhht". Stond je eerst naar een wit exemplaar te kijken en pak je vervolgens een rood shirt vast, zeggen ze "lehhht". "You like?". Sta je bij de CD's: "CieDie". In een restaurant: "food". I fucking know! Afijn, het moge duidelijk zijn. In The Naked Gun filmreeks was het erg grappig. Hier niet.
Mijn laatste Bahtjes heb ik tax-free besteed op het vliegveld. Ik heb onder andere een oranje shirt met een olifant erop gekocht voor een van mijn twee nichtjes. Wie het passe trekke het aan. Ik wilde eigenlijk het rose shirt. Maar ja, daar hing geen prijskaartje en scanbaar label aan. Ik heb er vijf minuten aan besteed om te laten zien dat zowel het oranje als het blauwe als het groene shirt allemaal dezelfde prijs nummer en barcode hadden, en het rose shirt naar alle verwachting zeer waarschijnlijk ook, maar dat ging er niet in, en dus moet Dana of Nora genoegen nemen met een groene ipv grijze olifant. Het rose shirt bleek onverkoopbaar. Mei pen rei en bye bye.

^ ^

20 - 22 feb 2011

Taipei (Taiwan)

(waar het als het goed is 7 uur later en daarmee 17:58u is.)
 

23 feb - 23 mrt 2011

Australie (oostkust)

(waar het bij benadering 10u later, en dus 20:58u zou moeten zijn.)
 

24 mrt - 2 april 2011

Thailand

(waar het een groot deel van het jaar 6 uur later is, in welk geval het 16:58u is.)
 

2 april 2011 - ...

Nederland

(waar het heel gewoontjes gewoon 10:58u is.)

 

AFREAGEREN?

(af)reageren n.a.v. een van de reloads? Voor wie mijn persoonlijke email niet kent zal

w e b m a s t e r @ 3 x 0 . n l

goed van pas komen.